Laatste nieuws

Eurocrisis door begrotingstekort en staatsschuld eurolanden

De koers van de euro ten opzichte van andere munten is in de eerste helft van 2010 fors gedaald. Het vertrouwen in de munt nam af omdat verschillende eurolanden kampen met grote tekorten op hun begroting en flinke staatsschulden. Vooral landen in Zuid-Europa en Ierland hebben grote financiële problemen. Door drastisch te bezuinigen, en in sommige gevallen met financiële steun van buitenaf, proberen deze landen hun huishoudboekje weer op orde te brengen en het vertrouwen in de euro te herstellen.

De bezuinigingen stuiten echter op weerstand bij de Europese burgers.

Het probleem

Door de economische recessie hebben veel EU-landen hun overheidstekorten de laatste jaren sterk zien groeien, tot ver boven de grenzen die in de Europese begrotingsregels zijn afgesproken. Vooral landen in Zuid-Europa, zoals Griekenland, Spanje en Portugal, maar ook Ierland, hebben een enorm begrotingstekort en een flinke staatsschuld. Sinds het bekend worden van grote financiële problemen in Griekenland, in oktober 2009, daalde de waarde van de euro.

De koersdaling werd veroorzaakt door een afnemend vertrouwen in de euromunt op de financiële markten. Beleggen in staatsobligaties van de landen in financiële problemen werd minder aantrekkelijk, omdat de kans toenam dat deze landen hun leningen niet meer kunnen terugbetalen.

De Duitse Bondskanselier Angela Merkel zei op 19 mei 2010 zelfs dat de euro in gevaar was door de financiële problemen van eurolanden. De crisis vormde volgens haar ‘de grootste test voor Europa sinds decennia.’

Bezuinigingen

Om hun staatsfinanciën op orde te brengen hebben de regeringen van verschillende eurolanden forse bezuinigingen aangekondigd. In Italië maakte de regering van Berlusconi eind mei 2010 bekend 24 miljard euro te willen bezuinigen in het begrotingsjaar 2011-2012. Ook het Verenigd Koninkrijk, Denemarken, Spanje, Griekenland, Portugal en Ierland kondigden eerder aan rigoureus te snijden in de overheidsuitgaven. Overigens ontkomen ook landen die hun overheidsfinanciën wel redelijk op orde hebben, zoals Duitsland en Nederland, er niet aan fors te bezuinigen.

De bezuinigingen zijn noodzakelijk om het vertrouwen in de euro te herstellen en de koers van de euro te stabiliseren. Landen als Italië en Spanje willen ook voorkomen dat ze Griekenland en Ierland achterna gaan. Deze landen waren in respectievelijk mei en november 2010 niet meer in staat leningen aan te gaan op de kapitaalmarkt. Het IMF en de overige eurolanden moesten toen te hulp schieten.

Terwijl de EU-landen met bezuinigingspakketten hun overheidstekorten proberen terug te dringen, wordt er ook overlegd over een structurele oplossing om landen te dwingen het Stabiliteits- en Groeipact na te leven. ‘Er moeten enorme verbeteringen worden gemaakt om slecht gedrag te voorkomen en om effectieve sancties op te leggen als er regels worden gebroken,’ zo zei de president van de Europese Centrale Bank, Jean-Claude Trichet. Het Europees Parlement heeft aangegeven dat het meer bevoegdheden wil voor Eurostat om de begrotingen van de lidstaten te controleren. En de vaste voorzitter van de Europese Raad Herman van Rompuy werkt aan voorstellen om het toezicht aan te scherpen.

Op 12 juli 2010 bepaalden de EU-landen dat er zowel financiële als niet-financiële straffen zullen worden opgelegd aan landen die zich niet aan het Stabiliteits- en Groeipact houden. Er wordt nog overlegd over precieze sancties.

Een verdragswijziging

Tijdens de EU-top van december 2010 is besloten het Verdrag van Lissabon te veranderen zodat de eurolanden een permanent noodfonds voor de euro kunnen instellen. De wijziging van het verdrag moet onderlinge financiële hulp van EU-lidstaten in de eurozone mogelijk maken.

Een wijziging van het verdrag is noodzakelijk omdat het huidige Verdrag van Lissabon bepaalt dat EU-landen elkaar niet financieel mogen helpen. Daarmee is het huidige, tijdelijke noodfonds eigenlijk in strijd met het Verdrag. Deze European Financial Stability Facility trad in mei 2010 in werking om eurolanden met financiële problemen bij te staan en de stabiliteit van de euro te waarborgen. Dit tijdelijke fonds loopt tot 2013.

Het permanente noodfonds moet vanaf medio 2013 voorkomen dat landen met financiële problemen de euro verzwakken. De hulp kan volgens de nieuwe afspraken alleen worden toegepast als dat onmisbaar is voor de stabiliteit van de hele eurozone. Alle vereiste hulp wordt verbonden aan strikte voorwaarden.

Weerstand tegen bezuinigingsmaatregelen

De aankondigingen van bezuinigingsmaatregelen door nationale regeringen roepen in alle lidstaten van de EU weerstand op. Vakbonden komen in actie en organiseren demonstraties. Een veel gehoord kritiekpunt van de bonden is dat de bezuinigingsmaatregelen de gewone burger treffen, terwijl de vakbonden de overheden en banken verantwoordelijk houden voor het uitbreken van de kredietcrisis en de huidige schuldencrisis.

Ook brengen bezuinigingen het gevaar met zich mee dat ze het economisch herstel vertragen. Door te korten op de overheidsbestedingen en salarissen van ambtenaren, krijgt het bedrijfsleven minder opdrachten van overheden en daalt de koopkracht van gezinnen.

Bron: europanu

Add a Comment

# #